Oef. Inmiddels is het alweer bijna drie maanden geleden dat ik terug thuis kwam na twee maanden in mijn eentje toeren door Frankrijk. De tijd vliegt, hoe cliché ook. Soms vind ik het een beetje beangstigend, hoe snel de tijd gaat. Sinds mijn reis door Frankrijk probeer ik daarom wat bewuster met de tijd om te gaan. Wat meer stil te staan bij wat er allemaal gebeurt, bij wie ik ben, wat ik doe, wat ik bereik. En dat voelt fijn. Soms schrijf ik het gewoon even op. Waarvoor ik dankbaar ben, wat ik bereikt heb. En dat hoeven geen wereldse veranderingen te zijn. In het kader daarvan vond ik het een mooi idee weer eens achterom te kijken naar al mijn reizen door Frankrijk die ik heb gemaakt. Dat resulteerde in een lijst van onwaarschijnlijk mooie plekken waarvan ik iedereen wil aanraden ze eens te bezoeken. Reis je even mee? On y va!
1. Lac Lauvitel, Franse Alpen
Over betoverend gesproken: het Lac Lauvitel in de Franse Alpen is een van de mooiste meren die ik ooit zag. Na een wandeling van zo’n anderhalf uur is dit mijn beloning. Een beloning die ik niet vaak kreeg. Zo puur, zo ongerept. Helemaal alleen loop ik hier. Ik steek mijn voeten in het ijskoude water en geniet van de indrukwekkende natuur om me heen.
2. Nonza, Corsica
Zwarte stranden, een woeste zee en ruige bergen: dat alles en meer vind je op Cap Corse. Wat mij betreft een van de mooiste uithoeken van Corsica. Vanuit het dorpje Nonza stap ik zo de prachtige zwarte stranden van dit stukje Corsica op. De zee is er woest, de golven hoog. Een indrukwekkend stukje natuur.
3. Pont en Royans, Vercors
In hartje Vercors, een natuurgebied tussen de Provence en de Alpen, ligt een schitterend dorpje: Pont en Royans. Aan het water, tegen de bergwand en gekenmerkt door vele kleuren van de gevels van oude huisjes. Een heerlijke plek om doorheen te dwalen en een nachtje te logeren. In een simpel barretje bestel ik hier een steak haché met friet, de barvrouw kletst wat met me. Simpeler kan bijna niet, en wat heeft dat hier zijn charmes!
4. Mercantour nationaal park, Côte d’Azur
Een van de meest ongerepte plekken waar ik ooit was, is zonder twijfel het nationale park Mercantour. Het is moeilijk in woorden te omschrijven hoe het is om hier, in het hart van dit park, te zijn. Geen auto’s, geen verkeer, alleen bergen en gemzen. En wandelaars. Ik loop die week een vijfdaagse huttentrektocht, beklim vele bergen, passeer talloze bergmeren. Fantastisch!
5. Rustrel, Provence
Een bijzonder fenomeen in het aangename zuiden: de rode rotsen van Colorado Provencal in Rustrel, Provence. Een opmerkelijk landschap bestaande uit oude okergroeven of okermijnen. Op deze plek lag ooit, miljoenen jaren geleden, nog zee. Toen dit verdween bleef een bijzonder landschap over, waaruit verschillende soorten oker ontdekt werden. Op dat landschap kun je anno nu wandelen en je ogen uitkijken, zoals ik dat ook doe. Urenlang kan ik ernaar staren.
6. Cascades du Hérisson, Jura
Water klettert naar beneden. Ik neem plaats en luister. Genieten. Dit geluid, ik ben er dol op! In de Jura kan ik mijn hart ophalen. Genoeg mooie watervallen te ontdekken hier, met de Cascades du Hérisson als stipt op één. Op een kleine oppervlakte aanschouw ik hier zeven indrukwekkende watervallen. Een schitterend natuurverschijnsel, en misschien nog wel extra mooi door de herfstkleuren tijdens mijn bezoek in oktober.
7. Saint-Véran, Franse Alpen
Het hoogste bergdorp van Frankrijk? Saint-Véran! Een stil dorpje, weinig modern, maar vooral prachtig vanwege haar eenvoud en de rust die er heerst. En vanwege het machtig mooie uitzicht en de indrukwekkende omgeving. Een kort bezoekje is voor mij genoeg om vast te stellen dat het er echt schitterend is. Ongerept. Ooit zal ik hier terugkeren om een paar fijne wandelingen te maken. Beloofd.
8. Rosans, Drôme
Middeleeuwse Franse dorpjes: they got me. Zet me er weg en ik ben gelukkig. Zo ook in Rosans, in de Franse Drôme. Natuurlijk maakt de naam het af (mijn eigen Franse dorp!), maar al heette het niet zo: Rosans is gewoon een heel fijn, mooi dorp waar ik me helemaal thuisvoel. Met kriebels in mijn buik slenter ik hier langs eeuwenoude huizen en zeg oude Franse omaatjes gedag. Ja, Rosans is fijn.
9. Gorges de l’Ardeche
Eigenlijk hou ik niet zo van die hele uitgemolken plekken. Van de Eiffeltoren, van de Mont Saint Michel, en dus van de Gorges de l’Ardeche. Maar ja, ze zijn niet voor niets uitgemolken. Dat zijn ze omdat ze mooi zijn. En ik kan niet anders dan dat toegeven terwijl ik met mijn autootje door de kloven van de Ardeche rijd. Dit stukje natuur is écht heel mooi… Zelfs in november!
10. Plage du Lotu, Corsica
Hagelwitte strandjes en azuurblauw water: daarvoor reis ik af naar Corsica. Mijn favoriete strandje? Plage du Lotu. Waar je niet met de auto, maar alleen met de boot kunt komen. Juist dat maakt het nog net even wat specialer. Vanuit het stadje Saint Florent vaar ik richting het strandje en als ik het lichtblauwe water in mijn vizier heb, maakt mijn hart sprongetjes. Prachtig. Het paradijs!
11. Puy du Sancy, Auvergne
De vulkanen van de Auvergne hebben mijn hart gestolen. Wat een bijzonder natuurfenomeen. Een van mijn favoriete vulkanen is de Puy du Sancy, de hoogste van allemaal. Als een soort grote jongen steelt hij de show in de omgeving. Grauw, machtig, stout. Ik hou er wel van. Die middag dwaal ik eindeloos over het landschap rondom de Puy du Sancy, totdat de zon me vertelt dat het tijd is om te gaan.
12. Calanques de Marseille, Provence
Een plek waarnaar ik eindeloos kan terugkeren: de Calanques van Marseille. Een van de mooiste baaien die ik in Frankrijk zag. Eerder liep ik een wandeling van 18 kilometer door dit natuurgebied. De blaren op mijn tenen, maar God, wat was het prachtig. Later keerde ik nogmaals terug en weer was het mooi. En ik weet een ding zeker: ik ga weer terug. Geen idee wanneer, maar ik ga terug.
13. Saorge, Côte d’Azur
Een oud boemeltreintje rijd me langs kloven door de bergen. Vanuit Nice ben ik op de Train des Merveilles gestapt, ook wel de wondertrein. Mijn eindpunt? Het bergdorp Saorge, waar ik een paar nachten slaap. En gelukkig maar. Het is een van de mooiste dorpen die ik ooit zag. En dat terwijl er geen enkele toerist loopt tijdens mijn bezoek. Het is nog het échte Frankrijk, authentiek, oud, charmant. Magisch.
14. Sainte Agnes, Côte d’Azur
Het hoogst gelegen kustdorp van Europa heeft ook mijn hart gestolen. Sainte-Agnes, aan de Côte d’Azur, wordt gesierd door eeuwenoude, kleine huisjes, oude bewoners, gekleurde gevels en een adembenemend uitzicht over de azuurblauwe Middellandse Zee. Een prachtige plek tussen bergen en zee gelegen. I’ll be back!
15. Col de la Croix de Fer, Franse Alpen
Langzaam steek ik mijn tenen in het ijskoude water. Heel even sluit ik mijn ogen en geniet. Maar al snel merk ik dat mijn tenen beginnen te tintelen. Dit is écht koud! Tenen eruit, ogen weer open. Ook niet erg. Ik kijk om me heen. Niet vaak bevond ik me in zo’n magische omgeving als hier. Bergtoppen, talloze geiten aan de overkant, geen enkel ander mens…
